Home nieuws Gemeenschappen in tijden van corona

Gemeenschappen in tijden van corona

by CCB Europe

Gerard Swüste; Mariënburg magazine; februari 2021

Op aangepaste wijze open naar elkaar

Sinds maart 2020 lijkt het corona-virus het maatschappelijk leven te bepalen. Hoe zijn onze zelfstandige geloofsgemeenschappen met deze nieuwe omstandigheden omgegaan? Hoe hebben ze vorm gegeven aan verbondenheid en samen delen? Het netwerk 2of3bijEEN heeft die vragen aan een aantal gemeenschappen voorgelegd.

“De hele periode maart-september voelden we ons onthand”, schrijft Tamme Wiegersma van de Haagse Dominicus. Alle anderen sluiten zich daar moeiteloos bij aan. Soms geen vieringen, geen door-de-weekse activiteiten. Vaak geen delen van brood en wijn, geen gezang. In de Oecumenische Basisgroep Leeuwarden wordt wel gezongen door één of twee leden die op grote afstand achter een microfoon staan. De anderen neuriën mee. De Basisgroep Venray spreekt van een heftig jaar: de voorbereide vieringen werden op papier gezet en rondgestuurd en voor de liederen werd verwezen naar YouTube. De gemeenschappen hechten er aan zich aan de regels te houden. In de Pepergasthuiskerk in Groningen zijn markeringspunten aangebracht op 1,5 meter afstand. ‘Toch blijft voor velen een onveilig gevoel bestaan’, meent Pieta Ettema. Dat heeft ook te maken met de leeftijd van onze gemeenteleden. Om die reden besloot de Oecumenische Basisgroep Maastrichtgeen vieringen meer te houden. De Jonge Kerk Roermond kwam wel lange tijd wekelijks bijeen. En toen dat niet meer mocht werd de viering integraal gestreamd: “In de kerk waren alleen de voorgangers(ters) en de technicus aanwezig. Dat was wel bevreemdend. Die leegte. Een lid van de gemeenschap merkte op: Nu is er meer plaats voor de heilige geest”. Ook de Dominicus en de Ekklesia in Amsterdam deden een beroep op de techniek: ze maakten wekelijks een podcast. De maandelijkse vieringen van de Westfriese Ekklesia werden ook gestreamd: in de kerk was sinds september plaats voor 30 mensen, maar dat aantal werd soms nauwelijks gehaald; blijkbaar vond men het veiliger thuis de viering te volgen. De Antoniusgemeenschap Lombok Utrecht ervaart in de liturgische vieringen een bewustzijn hoe je kunt samen-zijn: je houden aan alle regels en toch gemeenschap zijn, gemeenschap maken. Dat voelt nog steeds niet als natuurlijk gedrag, zo schrijft Yosé Hohne-Sparborth: maar nu velen de eigen vrijheid van de allerindividueelste mens propageren, proberen kerken een nieuwe zingeving in ons samenzijn te vinden. “Hopelijk houden we dat vast na alle corona-ellende”.

Vanuit de Oecumenische Basisgemeente Apeldoorn schrijft Kees Posthumus dat de vieringen hebben stil gelegen vanaf begin april tot begin oktober: ‘In de zomer was er wel een buitenviering bij iemand in de tuin. Een aantal maal hebben wij een audio-viering geplaatst op onze website. Die werd enthousiast ontvangen. De teksten waren ingesproken. Muziek werd ingevoegd door videolinks toe te voegen en later door solisten uit ons midden te laten zingen, onder begeleiding van een van onze pianisten. Met Pasen en Pinksteren hebben wij attenties rondgebracht, zoals een kaarsje met een inspirerende tekst’.

Contact

Alle gemeenschappen zijn er zich van bewust dat door het wegvallen van de vieringen of door vieringen te houden met een beperkt aantal mensen het contact extra aandacht vraagt. Roermond: “Verbondenheid wordt nu verder nog gerealiseerd door de pastorale groep. Die hebben 1 op 1 ontmoetingen waar mogelijk. Soms worden contacten verbroken omdat de regels gevolgd moeten worden wat wel droevig is, vooral waar het om mensen gaat die dementeren. Ook houdt het pastorale team belrondes.” Marga de Groen van de Westfriese Ekklesia heeft aan de trouwe bezoekers wekelijks een mail gestuurd met een tekst ter overweging. In de Dominicus in Amsterdam bleken de mensen blij verrast als ze werden gebeld. Juut Meijer schrijft de indruk te hebben dat de onderlinge zorgzaamheid is gegroeid: dat is mooi om te zien. Mirjam Rigterink van de Ekklsesia Amsterdam vindt het pijnlijk om elkaar nu al heel lang niet te zien. Nu is er op zondag virtueel koffiedrinken, maar daar doen slechts een paar mensen aan mee. ‘Als pastor vind ik het een probleem dat ik weinig beeld heb van hoe de mensen van de gemeente het maken. Ik weet dat mensen elkaar bellen en opzoeken. Ik weet ook dat de meesten niets hebben met zoom-sessies’. In de Groningse Pepergasthuiskerk heeft een nieuwe nieuwsbrief een belangrijke functie vervuld. En bij dringende mededelingen wordt een extra bericht rondgestuurd. De Oecumenische Basisgroep Maastricht houdt belrondes en heeft onderling pastoraat. Bovendien zijn er vijf keer brochures gemaakt ter inspiratie. ‘Maar’, zo meldt Rob Bos, ‘corona heeft wel een grote wissel getrokken op onze basisgroep’. De Haagse Dominicus laat zich kenmerken door de drieslag verdiepen-verbinden-bouwen en Tamme Wiegersma heeft het idee, dat dit in deze tijd juist extra beleefd wordt. De indruk is dat men zich in deze tijd bewuster is geworden van de betekenis van het gemeenschap-zijn. Kees Posthumus van de Oecumenische Basisgemeente Apeldoorn schrijft dat men weliswaar in kleine groepen bijeenkomt, maar dat lang niet iedereen daarbij wil of kan zijn. Maar mensen verdwijnen niet van de radar, al het kost wel moeite om ze betrokken te houden: ‘Wij houden contact met kwetsbare leden via kaarten en bloemen. Iedereen hoort wel bij een of ander kleiner netwerk binnen de grotere groep’.

Nieuwe ideeën

De Haagse Dominicus vond een aangepaste vorm van Breken en Delen: Iedere bezoeker –op 1,5 meter afstand- heeft een lege zitplaats naast zich tijdens de viering. Op de lege stoel: liturgieboekje, een klein bekertje wijn en een klein bordje met een stukje matse. Zo kan gelijktijdig op de eigen plaats het Breken en Delen staande plaats vinden.” Jonge Kerk Roermond heeft een werkgroep die zich bezig houdt met de toekomst: ‘Huis van de toekomst’. Deze werkgroep is in het leven geroepen omdat ook de vergrijzing doorzet in de Jonge Kerk. Vanuit de Antoniusgemeenschap Lombok Utrecht meldt Yosé Höhne Sparborth: “Nu wij geen Brood meer breken tijdens de vieringen, gedenken we soms in solidariteit alle mensen die honger lijden. En we zoeken andere woorden om onze geloofsgemeenschap ook liturgisch te benoemen als samenleving in wijk en stad. De verschillende voorgangers zoeken soms liturgische woorden van troost en bemoediging, soms formuleren ze de uitdaging, het opnieuw je uitvinden. Vaak in relatie tot de lezingen van de zondag. Zo wordt in de liturgie de gemeenschap spiritueel meegenomen in deze moeizame tijden. Het werpt goede vruchten af”. Riky Schut meldt vanuit de Basisgroep Venray dat zich spontaan en op eigen initiatief kleine huiskamer- en tuinbijeenkomsten vormden op basis van het rondgestuurde materiaal. In de Amsterdamse Domincus was er met Pasen een ZOOMbijeenkomst met de jongeren vanaf 12 jaar, die normaliter in de paaswake nogal bijdragen. Ze vonden het erg leuk elkaar te zien. We hebben bijgepraat. Naderhand is er met de kinderen steeds meer geZOOMd.

En dan zijn er de zorgen over de financiën. Maar vooral is er doorzettingsvermogen en creativiteit. En het idee dat moeilijke tijden als deze nieuwe gezichtspunten kunnen opleveren.

You may also like

Leave a Comment

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.